Goudvink   ( pyrrhula pyrrhula)

 

·        Categorie: 

Zangvogels

·        Familie:         

Vinken

·        Grootte: 

14-17 cm

·        Biotoop: 

Loofbossen, struiken en agrarisch gebied

·        Aantal broedparen: 

10.000 geschat

·        Populatie: 

Licht toenemend

.        Verspreidingsgebied:

Door de heldere kleuren is het mannetje met geen enkele vogel te verwarren, vooral de oranje-rode buik is onmiskenbaar. Het vrouwtje is veel minder helder gekleurd, maar is net als het mannetje te herkennen aan de witte stuit, de zwarte staart en de zwarte kruin. Vooral in de vlucht vallen de witte vleugelstrepen en de witte stuit op, die beiden afsteken tegen de verder zwarte vleugels en staart.

Het nest wordt gebouwd in een naaldboom of in dicht struikgewas, waarbij de goudvink eerst een onderlaag van gras en takjes maakt, voordat daarop het echte nest gebouwd wordt. Goudvinken verblijven het hele jaar in Nederland, maar in sommige winters komen vogels uit Scandinavië in vrij grote getallen overwinteren in de Nederlandse duingebieden. Hoewel de goudvink in het broedseizoen in paartjes leeft, vormen de vogels 's winters vaak kleine groepen.

De goudvink leeft anders dan andere vinken niet in grte groepen maar in paren of kleine groepjes. Het mannetje is opvallend roodroze-zwart getekend, maar je vindt hem vooral door zijn zachte fluitende roepje. Goudvinken zijn vogels van bossen, parken en tuinen die zich graag ophouden in de dekking. Ze blijven vaak minutenlang stil zitten.

 

De goudvink eet bessen zoals die van meidoorn, liguster, kamperfoelie, braam en bitterzoet, vooral om de zaden. Ze eten ook zaden van kruidensoorten zoals brandnetel, wilgenroosje, boterbloem, paardenbloem, kruiskruid en melkdistel. Verder lusten ze graag essenzaden. Als er 's winters weinig essenzaad is, eten ze ook de knoppen van de bomen. Ook die van fruitbomen en dat maakt goudvinken niet populair bij telers.

 

De goudvink is een populaire vogels onder de liefhebbers. Er wordt in Nederland veelvuldig, succesvol gekweekt met de Goudvink. Veelal met de Noordse goudvink of de Europese Goudvink. Verschil is dat de Noordse Goudvink iets groter van formaat is dan de Europese Goudvink. Het houden en kweken van deze soort is gebonden aan strenge regels. Zo dienen deze vogels voorzien te zijn van een naadloos pootring, voorzien van een breukzone. Deze ringen zijn verkrijgbaar bij onder andere de NBvV.

Het in bezit hebben van deze vogels zonder vaste pootring kan leiden tot forse boetes.

Er zijn diverse mutaties bij kwekers, maar uitgaande van de “wildkleur” zijn de getoonde foto’s een voorbeeld.